Kaziranga N.P. is het kroonjuweel van de natuurbescherming in Noordoost India. Hier leefden in het begin van de 20e eeuw nog maar een tiental Indische neushoorns. Dankzij grote inspanningen is het gelukt om dit dier voor uitsterven te behoeden. Nu grazen er verspreid over diverse reservaten in Assam en West Bengalen weer zo'n 3000 van deze indrukwekkende beesten.

​Kaziranga ligt op de zuidoever van de Brahmaputra, zo'n 300 km ten westen van Guwahati de belangrijkste stad in Assam. Elk jaar tijdens de moesson treedt de rivier buiten zijn oevers, u leest het goed niet 'haar' maar 'zijn': de Brahmaputra is de enige mannelijke rivier in India. Grote delen van Kazi, zoals liefhebbers het park doorgaans noemen, staan dan onder water. 

​Naast neushoorns herbergt het reservaat nog een groot aantal andere diersoorten, waarvan een aantal zwaar bedreigde. In een kreek leeft een populatie Assamese Roofed Turtles, naar schatting meer dan de helft van het nog resterende aantal van deze dieren in de wereld. Spectaculairder, en een stuk gevaarlijker, zijn de ca. 1600 wilde Aziatische waterbuffels; 60 procent van het wereldtotaal. Kaziranga kent de hoogste tijgerdichtheid van het land, met gemiddeld een tijger per vijf vierkante kilometer lopen er zo'n 90 exemplaren rond. Dit betekent niet dat ze makkelijk te spotten zijn, de dieren kunnen zich perfect verbergen in het hoge olifantengras en de dichte bossen. 

​Olifanten, zwijnherten, moerasherten en een klein aantal sambarherten laten zich altijd wel zien tijdens safari's. Met enig geluk spot je ook een stel neushoornvogels of gaurs (Indische bizons). De kreken en Beels (meren) trekken veel vogelsoorten zoals Kingfishers en de Streepkopgans die vanuit Centraal Azië over de Himalaya heen komt vliegen om hier te overwinteren. Dit is maar een greep uit de enorme soortenrijkdom van dit gebied, er is altijd wel wat te zien.

​Kaziranga is opgedeeld in 5 deelgebieden waarvan de Bagori Range, de Kohora Range en de Agartoli Range de belangrijkste zijn voor safari's. De centraal gelegen gebieden Bagori en Kohora hebben de grootste concentratie hotels en kunnen op hoogtijdagen druk zijn. Een bezoek aan deze delen zijn zeer de moeite waard vanwege de grote gebieden met hoog olifantengras. Hier zijn altijd wel neushoorns en buffels te spotten en diverse herten- en vogelsoorten.

Onze favoriet is het oostelijke Agartoli, relatief moeilijk bereikbaar en daardoor minder druk. De safariroute hier is eigenlijk niet meer dan een rondje van een paar kilometer om de Sohola Beel maar wij hebben hier safari's meegemaakt waar elke honderd meter wel wat te zien was. Landschappelijk wisselen dichte bossen hier af met open stukken moerasland. De foto met de tijger hierboven is hier genomen, net als de olifanten roadblock op de startpagina.

De aan het uiterste westelijke puntje gelegen Burapahar Range wordt begrenst door een bijzonder aantrekkelijk heuvellandschap waar een populatie van de mooie kuiflangoeren leeft. Dit gedeelte van Kaziranga is pas vrij recent aan het nationale park toegevoegd. Inmiddels hebben de eerste dieren hun weg hiernaartoe gevonden. Burapahar is nog niet ontdekt door het grote publiek; vaak zul je hier de enige bezoeker zijn.